Jannetje Hendricks
Jannetje Hendricks ,
ovl. op 18-09-1707 te Blaricum,
begr. op 18-09-1707 te Blaricum; Pro Deo,
, -
Blaricum-Trouwen Kosten; 06-11-1702: heebn Jacob Loegensz en Jannetje Hendricks haer aangegeven; ProDeo
-
Blaricum-Trouwen-RK; 18-11-1702: Jacob Loge met Jannetje Henricks. Teste: mater mea, Maria Loge et varus.- Vader:
Hendrick Isaacksz , zn. van Isaack Rutgersz en Aeltien Jans Harmensz ,
geb. in 1643 te Blaricum; Koptienden Eerste: 1665-88,
ovl. te Blaricum; Koptienden Laatste: 1690-69,
, -
HEIJNDRICK ISAACKSZ
Blaricum Koptienden (1665-88 1690-69):
1665-88: v. Rutger Isaacksz 1 Spt 5 cop
1667-88: v. Gerritge Lambertsz Huijserboeck 4 cop
- Situatie: 2 Spt 1 cop
- op Cornelis Jacob Jan Harmensz 5 kop
- Situatie: 1 Spt 4 cop
1668-88: op Tijs Reijersz 3 cop
- v. Lijsbet Isaacksz 4 cop 1/2
t/m 1689-73: Situatie: 1 Spt 5 cop 1/2
1690-69: v. Isack Claesz 3 Spt 4 cop
- op ZOON Isack Heijnricksz 2 Spt 4 cop 1/2
- op Duerkant de Schoudt 3 cop 1/4
- op Lambert Gerritsz Perck 1 Spt 3 cop 1/8
- op Marten Jacobsz Mets 4 cop
- op Roel Willemsz Ruijter 2 cop 5/8
-
SAGV155.2-ORA-3233, Folio 102-103; 02-02-1661: Incest ?. Compareerde voor ons Thomas Jacobsz Henvliet Schout, Jacob Willemsz en Jan Jacobsz Schepenen in Blaricum, Aefien Ghijsberts Vroetvrouw alhier ende verklaerde ter requisitie van Sijtien
Jans weduwe van Isack Claesz, dat sij op den 1e februarij 1661 in den avont-tijt geroepen is ten huijse van de requirant aldaar heeft, dat haar requirants dochter met name Elbertje Isacken een jonge dochter hadde gebaert edoch niet volkomelijck
verlost sijnde, heeft sij comparante tot haer - Elbertien voorsz - geseijt, ick weet niet, of ghij alsnogh in noot sijnde sult leven of sterven, seght mij wie is vaeder van dit kint en dat de voornoemde Elbertien tot antwoort voeghde ick leve
of sterve, dat ick noeijt met ijmant ter werelt eenige vleeschelijcke conversaetie ofte gemeenschap hebbe ghehadt dan met Hendrick Isacken die oock den rechten vader van dese vrucht is. Ael 't welck voorsz sij comparante als waarachtigh, te
sijn soo waaren most haer Godt almachtigh helpen: In kennisse van waarheit is dese bij ons ondertekent, actum den 2e februarij Anno 1661
02-02-1661: Navraag door schepenen
-
SAGV155.2-3235, Folio 9; 12-04-1662: Mathijs Boelhouwer Schout tot Laren als vooght van Fuijsien Isaacken, Rutger Isaacksz voor hem selve en Jan Isaacken tot Laren eijsers CONTRA Hendrick Isaacksz tot Blaricum gedaagde; de eijsers seijden, dat
de gedaegde met haarluijden nevens de andere erfgenamen van Isaack Rutgersz ende Aeltien Jan Harmens za: op den 02-04-1662 over de selve naetatenschap een mondeling accoort met toestemminge van haar allen hadden opgerecht om voorts te treden
tot deijlinge van de voornoemde goederen en als de gedaagde in desen hem als nu onwillig doet ..
-
SAGV155.2-3245A Hypotheken Folio 139-140; 28-05-1662: Transportakte; Voor Schepenen in Blaricum compareerde Rutger Isacken voor hem selve en vervangende en hem sterck maeckende voor Fuijsien Isacke sijne suster, en Jan Isacken en Hendrick
Isacken sijne broeders en Lubbert Jansz als vooght van Lijsbeth Ijsacks die transporteerde aen Bort Jansz alhier wonende een huijs en hofstede
-
SAGV155.2-ORA-3234, Folio 9-10; 06-12-1667: Testament; Compareerde voor Schepenen van Blaricum Lijsbetien Isaacksz bejaarde dochter alhier woonachtigh tamelijck gesont van lichame .. heeft geinstitueert tot hare eenige en universel erfgenaam
de kinderen van Rutger Isaacksz, Jan Isaacksz, en Hendrick Isaacks bij plaetsvullinge van haae voornoemde boedel: mits dat geinstitueerde erfgenamen sullen gehouden wesen aen Fuijsien Isaacks haar suster in voldoeninge van haar gerechtigheit
uijt te leeren f 12,-. Dies sullen de kinderen van Rutger Isaacksz enkele stukkn lant en f 100,-. De kinderen van Jan Isaacksz sullen trecken enkele stukken grond en haar sliveren ketting. De kinderen van Hendrick Isaacksz sullen profiteren
enkele stukken lant, haar swarte en blauwe rok en f 60,-.
-
SAGV155.2-3236, Folio 185; 07-09-1676: Marten Jacobsz Mets en Rutger Isaacksz als vooghden over de weeskinderen van Hendrick Isacksz CONTRA Claes Harmensz; betreft obligatie,
relatie.
- Moeder:
Elbertje Isaacks , dr. van Isaack Claesz en Sijtien Jansz ,
, -
SAGV155.2-ORA-3233, Folio 102-103; 02-02-1661: Incest ?. Compareerde voor ons Thomas Jacobsz Henvliet Schout, Jacob Willemsz en Jan Jacobsz Schepenen in Blaricum, Aefien Ghijsberts Vroetvrouw alhier ende verklaerde ter requisitie van Sijtien
Jans weduwe van Isack Claesz, dat sij op den 1e februarij 1661 in den avont-tijt geroepen is ten huijse van de requirant aldaar heeft, dat haar requirants dochter met name Elbertje Isacken een jonge dochter hadde gebaert edoch niet volkomelijck
verlost sijnde, heeft sij comparante tot haer - Elbertien voorsz - geseijt, ick weet niet, of ghij alsnogh in noot sijnde sult leven of sterven, seght mij wie is vaeder van dit kint en dat de voornoemde Elbertien tot antwoort voeghde ick leve
of sterve, dat ick noeijt met ijmant ter werelt eenige vleeschelijcke conversaetie ofte gemeenschap hebbe ghehadt dan met Hendrick Isacken die oock den rechten vader van dese vrucht is. Ael 't welck voorsz sij comparante als waarachtigh, te
sijn soo waaren most haer Godt almachtigh helpen: In kennisse van waarheit is dese bij ons ondertekent, actum den 2e februarij Anno 1661
02-02-1661: Navraag door schepenen.
tr. op 11-11-1702 te Blaricum-RK
met
Jacob Loogen ( Loegen) , zn. van Loog ( Loegh) Jacobsz en Geertje Jans Vliegh,
geb. op 22-10-1679 te Blaricum; Koptienden Eerste: 1705-80,
ged. Rooms Katholiek op 22-10-1679 te Blaricum; dgt. Jannitje Jacobs,
ovl. in 12-1737 te Blaricum; Koptienden Laatste: 1745-52,
begr. in 12-1737 te Blaricum; ProDeo,
, -
JACOB LOOGEN / LOOCHEN / LOGHEN / LOOHEN / LOEGEN
Blaricum Koptienden (1705-80 1745-52):
1705-80: v. Isack Hendricksz 1 Spt 2 cop
- v. Rutger Isacksen 2 Spt 1 cop
- Situatie: 3 Spt 3 cop
1707-80: v. Lambert Jansz tot Laren 7 cop
- Situatie: 4 Spt 2 cop
1708-65: v. Dirck Rutgersz 1 cop 3/8
1709-80: Situatie: 4 Spt 3 cop 3/8
- op de tins Heeren 3 cop
- op Claas Jochgemsz 3 cop
- op Evert Lambertsz 3 cop
1711-58: Situatie: 3 Spt 2 cop 3/8
1714-58: v. Jan Stevensz Bunschoten 2 cop
- op Tijmen Harmensz (Raven) 1 Spt 2 cop
- Situatie: 2 Spt 2 cop 3/8
1717-58: op Jacob Hendrik Tijmonsz 3 cop
1718-52: Situatie: 1 Spt 7 cop 3/8
- v. Dirck Jacobsz Coppen 3 cop 1/2
t/m 1720-52: Situatie: 2 Spt 2 cop 7/8
1721-52: ER STAAT: 2 Spt 3 cop 1/2
- v. Lambert Tijmen Jacob Gerrids 4 kop 1/2
- Situatie: 3 Spt
MOGELIJK:
1721/1722-51: op Albert Nieukerk 1 Spt
1722-52: ER STAAT: 2 Spt
- op Pieter Aardse Romijn 6 kop
- Situatie: 1 Spt 2 cop
1723-52: v. Ebbe Jansz Vos 1 kop
t/m 1731-52: Situatie: 1 Spt 3 cop
1732-52: v. Willem Hendrik Zijmensen 3 cop
t/m 1735-52: Situatie: 1 Spt 6 kop
1737-52: op Jan Willemsz Ruijter 2 kop 1/2
t/m 1745-52: Situatie: 1 Spt 6 kop 1/2
1746-49: bij erf op Evert Lambertsz Puijk 6 kop
1746-55: op Jan Lambertsz Puijk: 1 Spt 0 cop 1/2
-
Blaricum-Trouwen Kosten; 06-11-1702: heebn Jacob Loegensz en Jannetje Hendricks haer aangegeven; ProDeo
-
Blaricum-Trouwen-RK; 18-11-1702: Jacob Loge met Jannetje Henricks. Teste: mater mea, Maria Loge et varus,
tr. (2) op 27-05-1708 te Blaricum; Pro Deo
met Jannetje ( Joanna) Lamberts , dr. van Lambert Tijmensz Jacobsz Gerritsz en Eijbetje Gijsberts ,
geb. op 26-11-1680 te Blaricum,
ged. Rooms Katholiek op 26-11-1680 te Blaricum; dgt. Grietje Tijmisse,
ovl. op 19-08-1744 te Blaricum,
begr. op 19-08-1744 te Blaricum; Impost: f 3,-,
, -
Blaricum-Dopen-RK; 26-11-1680: Joanna, V: Lammert Tijmisse, M: Eijbetje Gijsberts, dgt. GRIETJE TIJMISSE.
Uit dit huwelijk:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Lodewijck | *1704 | Blaricum | †1704 | Blaricum | 0 | 0 | 0 |
2 | Geertruijd | *1707 | Blaricum | †1707 | Blaricum | 0 | 0 | 0 |
>